In 2000 maakte ik kennis met Torre de la Horadada omdat mijn ouders er een huis kochten. Inmiddels hebben mijn man en ik hun opgevolgd.
Ik kwam er dus over de jaren heen al af en toe. Sinds corona vertoef ik er wat meer en ben ik er steeds meer van gaan houden. Het is ook een goede uitvalsbasis voor andere delen van Spanje, maar in deze blog vooral de omgeving van Torre de la Horadada.
Standplaats Torre
Torre de la Horadada, voor het gemak Torre genoemd, is een klein dorp in het zuidelijke puntje van de Costa Blanca. Je vindt er een jachthaven, watersportverhuur, boulevardje, stranden, bars, restaurants en wat winkels. Het iets meer landinwaarts gelegen Pilar de la Horadada is de grotere broer. Waar in Torre het vakantiegevoel heerst, wordt er in Pilar gewerkt.
Mercadillos
Markten laten je zintuigen prikkelen, ik hou ervan. Elke dag is er wel ergens eentje. In de zomer begint de weekmarkt bij mij op de hoek. Echter de leukste markt vind ik de maandagmarkt in San Pedro del Pinatar, een levendige lokale markt met stalletjes om het park en in de straatjes.
Zondags is de populaire Mercadillo de Campo de Guardamar, beter bekend als de Lemon Tree Market. Op een groot terrein tussen de citroen- & sinaasappelboomgaarden prijzen marktkooplui hun waar aan. Een drukke bedoening, vroeg gaan is een pre. Er is hier ook een sectie met eettentjes om te lunchen of om mee te nemen, zoals heerlijke paella.
Kustplaatsen
Langs de kust rijgen de stadjes zich aaneen, elk met zijn eigen charme. In Santa Pola kan je met de ferry naar het autoloze, nostalgische Tabarca hoppen.
Net onder Torre, bij Lo Pagan wordt de kustlijn onderbroken of juist verdubbeld door de Mar Menor, een lagune die zijn eigen 73 km lange kustlijn met charmante plaatsjes heeft. De laatste 21 kilometer langs dit binnenmeer is een smalle bebouwde strook die de afscheiding vormt met de Middellandse Zee. De weg loopt net niet helemaal rond dus omkeren en terug. Er is wel een ferry naar de overkant, maar niet voor auto’s.
Modderpret
Tussen Torre en Lo Pagan is het natuurreservaat Salinas y Arenales de San Pedro del Pinatar. Soms dompel ik mij er in een modderbad met de ijdele hoop dat mijn rimpels gladtrekken. Meestal bekijk ik de vermakelijke kliederboel vanaf een terrasje.
Er zijn ook wandelroutes door dit zoutmerengebied waar je altijd wel ergens flamingo’s tegenkomt. De commerciële en jachthaven met restaurantjes eromheen ligt midden in het gebied.
Camino’s
Wandelkeuzes zat. Zowel Camino de Santiago del Sureste als Camino de Ronda (GR92 – 571 km langs de kust) passeren Torre. De bewegwijzering is niet altijd even duidelijk. Ach, hoe moeilijk kan het zijn, de zee is je kompas.
Inlands zijn er naast golfbanen ook natuurgebieden om te wandelen. Natuurgebied Rio Seco bij Campoverde heeft routes waarvan één helemaal naar zee. Die heb ik zelf nog nooit gelopen. Het grotere toeristische Torrevieja heeft een wandelboulevard vol winkels en restaurants maar ook een natuurgebied met zoutmeren.
Stedentripjes
Zin in winkelen of musea? Zowel Alicante, Elche, Murcia als Cartagena liggen binnen een uur rijden en zijn alle vier de moeite waard. Mijn favoriet is Cartagena met zijn rijke maritieme verleden. Voor een tapa tussen de Spanjaarden, check Bodega Nicolás tijdens lunch.
De Spaanse keuken
Er is niets dat ik niet lust. Ik probeer alles, al hebben sangre frita en callos (check Google) mijn herhaallijstje niet gehaald. Paella natuurlijk wel en ook caldero (specialiteit van de Mar Menor) is een aanrader. Mijn all-time favourite is simpel: vers gegrilde vis met een wijntje van het vat.
Toen ik een keer aan de haven in Torrevieja gegrilde tonijn bestelde, zei mijn man ineens: ‘Ik hoop dat je honger hebt’. Wow, wat een gigantische tonijn kwam er van de boot.
Sluit je je maaltijd graag af met een krachtige koffie, vraag om carajillo. Een espresso met een beetje (meestal) brandy en soms komt de fles op tafel zodat je je eigen scheutje kan bepalen.
In Torre vind je rond de verschillende plazas, maar ook in de straatjes, alle soorten restaurants en in de omgeving nog veel meer. Een restaurant dat wat verder weg ligt, wil ik eruit lichten.
Arroceria El Sarmiento hoort bij de kartbaan Go-Karts Orihuela Costa. Je verwacht een snelle hap na wat rondjes karten (kijken). Niets is minder waar. Hier bereiden ze vis, vlees en paella’s op sarmiento (druivenstok) brandhout. Heerlijk en spectaculair.
Goede wijnen
Eten wordt nog beter met de juiste wijn, dus als ik met een kookboek aan de slag ga, ga ik ook even langs bij de lokale Bodega La Jumillana. Van slobberwijn tot fenomenale toppers, het is er allemaal.
Mijn Spaans verbetert langzaam, hoewel het nog vaak verwarring veroorzaakt. Dat blijkt weer als ik om een goede rioja denkt te vragen, terwijl ik om de beste rioja vraag. Trots komt hij met een fles van bijna honderd euro aanzetten. Uhhhh nee, dat was ook weer niet de bedoeling. Verschrikt wijs ik naar de vaten waaruit hij eigen of plastic flessen vult voor twee euro per liter.
Zijn brede lach versmalt iets toch ratelt hij vrolijk door, tegen mij of zijn vrouw? Geen idee. Ik heb duidelijk nog een lange weg te gaan om mij het Spaans machtig te maken.
Alle seizoenen ontspanning
Er is genoeg te ontdekken in de omgeving van Torre de la Horadada. In Torre zelf is alles op wandelafstand en het omliggende vlakke landschap vraagt erom de fiets te pakken.
De vibe verschilt per seizoen, waar het in de zomer volstroomt met Spanjaarden, blijven in de winter alleen de overwinteraars over.
Een Rotterdamse die op Scheveningen woont. Het vakantiegevoel is hier nooit ver weg, maar ik ga er ook graag op uit. Na bijna zo’n honderd landen te hebben bezocht, is er nog steeds geen onbetwistbare favoriet. Een goed excuus om te blijven ontdekken. De overweldigende natuur of overvolle steden, reizen is altijd heerlijk. Je hoeft niet ver, mensen ontmoeten in een interessante omgeving, dat is waar het voor mij om draait.